Twaalf dagen is niet lang

Dit jaar overleed mijn vader op 28 mei. Tussen het moment dat we hoorden dat hij ziek was en zijn laatste ademhaling zaten twaalf dagen.

DTwaalf dagen.

Een detail waarover ik blijf malen. Nu, tijdens het schrijven, is dat weer het eerste wat bovenkomt en vooral tijdens het wandelen met de hond is die periode van twaalf dagen met alle ervaringen nog zo belangrijk.

In die twaalf dagen heb ik op een zaterdag mijn vader uit het ziekenhuis meegenomen naar zijn huis zodat hij zijn jongste dochter kon bellen om het slechte nieuws te vertellen. Alvleesklierkanker zonder hoop op genezing. Een paar weken nog, misschien een paar maanden.

Mijn zus woont in Australië en stelde onze vader de vraag of hij haar kinderen nog wilde zien. Ja, antwoordde hij. Ik liet mijn ouders achter in hun huis, mijn vader ging naar bed en ik ging naar huis.

Thuis, waar mijn dochter alleen zat te wachten tot ik belde over de bijeenkomst in het ziekenhuis. Waar vandaan ze mij al had gebeld, precies op het moment toen haar opa met mijn zus sprak. Omdat ze vond dat het zo lang duurde tot ik belde.

En dat klopte, maar ik wilde het haar niet telefonisch vertellen, juist omdat ze alleen thuis was én het nieuws zo onverwacht was. Haar opa was een paar dagen eerder op maandag met een liesbreuk het ziekenhuis in gegaan. Dat hij een opgezette buik had wisten we wel, maar we dachten dat dit door de longtest kwam. De longtest die hij bij de huisarts deed omdat hij een paar maanden geleden gestopt was met roken. Waarbij hij zó hard geblazen had dat hij een liesbreuk had opgelopen en een gekneusde rib.

De internist die mijn vader zou opereren vanwege de liesbreuk vertrouwde de opgezette buik niet en er werd actie ondernomen om het vocht uit zijn buikholte te verwijderen. Uiteindelijk zou er bijna acht liter vocht weggehaald worden. Met dat vocht verdween ook zijn levenskracht en energie. Mijn moeder, mijn partner, onze kinderen en ik kwamen elke dag op bezoek en op vrijdag werden mijn moeder en ik gevraagd voor een familiegesprek de dag erna. Die zaterdag werd ons verteld dat haar man, mijn vader niet meer beter zou worden.

Thuis bij mijn dochter. Huilen en emotioneel. Verdrietig en geschokt. Daarna kwamen haar vader en broer ook thuis en konden we het hen samen vertellen. Met z’n vieren, ik kan me niet meer herinneren of ik de hond heb meegenomen, ik denk van niet eigenlijk, zijn we weer naar het huis van mijn ouders gegaan. Mijn moeder bracht die avond haar man terug naar het ziekenhuis.

Twee dagen later, op maandag was er een nieuw gesprek gepland met de andere behandelend internist. Waar haar collega op zaterdag nog over enkele weken tot maanden sprak, gaf zij nu een verwachte prognose van enkele dagen tot twee weken.

Dit sloeg in als een bom.

Hoe kun je als familie hoop houden en hoe moet dit zijn geweest voor mijn vader?

Ik herinner me nog dat we met de kinderen op het parkeerterrein van het ziekenhuis liepen, het is misschien na dat gesprek geweest. Mijn zoon zei dat het zo erg was dat opa er volgend jaar misschien niet meer zou zijn. Het breekt je hart als moeder, maar ik kon hem niet laten geloven dat hij zijn opa nog zo lang in zijn leven zou hebben.

Mijn zus belde om de vluchtgegevens van haarzelf en haar twee kinderen door te geven: vertrekken op woensdag en op donderdag landen op Schiphol. Mijn moeder en ik besloten voor mijn vader dat hij het nog slechtere nieuws niet aan haar door zou geven. Ze kon niet eerder vliegen met haar twee kleine kinderen, het vliegtuig zou niet harder vliegen en zij zou alleen maar verschrikkelijk in de rats zitten met de angst dat ze te laat zou komen.

Mijn vader had twee grote angsten. Dat zijn jongste dochter niet op tijd zou komen en dat hij met veel pijn zou sterven.

Mijn vader is zo snel het kon uit het ziekenhuis vertrokken en ging naar huis. Een bed werd in de woonkamer geplaatst, zuurstof en pijnstillers werden aangesleept. Thuiszorg, vrienden, buren, huisarts en familieleden hielpen mijn vader én moeder. Hij was gesetteld toen zijn jongste dochter met zijn jongste kleinkinderen rechtstreeks vanuit Schiphol naar hem toe kwamen. Ze waren op tijd.

We hebben nog een week samen gehad.

 

Mijn vader